DE 9 KOPPELWERKWOORDEN



 
 

WORDEN
ZIJN
SCHIJNEN
LIJKEN
BLIJKEN
BLIJVEN
HETEN 
DUNKEN 
VOORKOMEN

vbn. Ik word later dierenarts.
Ze zijn ongeduldig.
Al vind ik dat ze al lange tijd rustig zijn gebleven
Hij komt me bekend voor.




OPGELET!!!

Dit zijn alleen koppelwerkwoorden als er een naamwoord (bijvoeglijk of zelfstandig) op volgt.

Als er een werkwoord achter staat, zijn het hulpwerkwoorden!!
vb. De soldaat werd in de rug aangevallen
Hij blijkt de belastingen te hebben bedrogen.

Als er niets achter staat, zijn het zelfstandige werkwoorden!!
vb. De zon schijnt.
De leerlingen blijven in de klas.
 

TERUG