WORDEN |
SCHIJNEN LIJKEN BLIJKEN BLIJVEN |
DUNKEN VOORKOMEN |
vbn. Ik word later dierenarts.
Ze zijn ongeduldig.
Al vind ik dat ze al lange tijd rustig zijn
gebleven.
Hij komt me bekend voor.
OPGELET!!!
Dit zijn alleen koppelwerkwoorden als er een naamwoord (bijvoeglijk of zelfstandig) op volgt.
Als er een werkwoord achter staat, zijn het hulpwerkwoorden!!
vb. De soldaat werd in de rug aangevallen.
Hij blijkt de belastingen te hebben bedrogen.
Als er niets achter staat, zijn het zelfstandige werkwoorden!!
vb. De zon schijnt.
De leerlingen blijven in de klas.