HET TELWOORD
WM 312 en WM 316-318
(oefeningen op moodle)

soorten telwoorden
 

schrijfwijze
 
  1. aaneenschrijven (zie theorie op de site) of niet?
  2. bepaalde telwoorden

  3. a. substantieven die een maat aangeven (meter, liter, kilo, euro, ...) staan in het ENKELVOUD!! vb. vijf meter, drie jaar, tweemaal, vier dozijn, ...
    BEHALVE als:
    - er een onbepaald telwoord voor het substantief staat (enkele meters, vele malen, ...)
    - er een adjectief voor het substantief staat (drie lange jaren, honderd zuurverdiende euro's, ...)
    - de nadruk op de afzonderlijke eenheden ligt (vb. 6 euro's = 6 stukken)
    - volgende maateenheden gebruikt worden: graad, dag, week, maand (twintig graden, drie maanden, achtentwintig dagen, vier weken)
     

    b. bepaalde telwoorden krijgen -EN toegevoegd na:
    - een voorzetsel: vb. in tweeën gevouwen, in vijven gedeeld,  ...
    - met z'n / met ons / met hun : vb. met z'n tweeën, met ons tienen, met hun drieën,  ...
    - wij, jullie, zij, ons, hun: vb. wij tweeën, jullie drieën, zij tienen, ons vieren, hun tienen, ...
     
     
     

  4. onbepaalde telwoorden

  5. zelfstandig gebruikte telwoorden die naar personen verwijzen, staan in het MEERVOUD!! vb. Velen gaan akkoord, maar weinigen durven ervoor uitkomen
    MAAR -N als:
    - het geen personen zijn, vb. Vele moesten afgeslacht worden om de verspreiding van de ziekte tegen te gaan.
    - het telwoord niet zelfstandig is, ook al lijkt het zo, vb. Heel wat leerlingen stonden op de speelplaats, vele (leerlingen) weigerden naar hun rij te gaan.

  6. van bepaald naar onbepaald telwoord

  7. De telwoorden honderd, duizend, miljoen en miljard worden onbepaald door toevoeging van -en
    vb. honderden vragen, duizenden prijzen, miljoenen armen, ...

  8. breukgetallen

  9. In breukgetallen schrijven we geen -n, tenzij de afzonderlijke delen bedoeld worden.
    vb. één vierde, twee zevende, drie achtste --> Jerommeke had niet genoeg met drie achtsten van die taart.

    Volgende breukgetallen schrijven we zo:
    een tweede = een half
    één en een half = anderhalf
    een vierde = een kwart
    drie vierde = driekwart